10 46 OAG inv.nr. 2349 charter dd. 1545 4 juli, de stadsrekening van 1545 (OAG inv.nr. 1202 17) vermeldt een reispost van mr. Henrick Wittesz, die op bevel van de burgemeesters naar Schoonhoven ging met twee getuigen om 'inspectie te doen' van de zuivelmarkt op 4 juli Het jaar daarop volgde weer een verklaring door een notaris op verzoek van Gouda. Hij zag dat bij het convent "De Hem" wagens met kaas reden en in Schoonhoven zag hij ladende en lossende wagens en schuiten met kaas. Tevens zag hij een wit kruis op de grote paal tussen de molen en de Lek en ook enige vreemde laken- en ijzerkramen bij het stad huis; met name op de dam voor de waag waren veel wagens met kaas die daar gewogen werden.46 Op deze wijze wist Gouda dus jaarlijks bewijs te verkrijgen van de illegale zuivelmarkt te Schoonhoven, bewijs dat in het opnieuw lopende proces voor de Grote Raad naar voren werd gebracht. Op 26 juni 1546 volgt de definitieve tweede uitspraak door Karel V voor de Grote Raad van Mechelen, waarbij Schoonhoven het recht op een jaarlijkse vrije zuivelmarkt in de maand juli wordt ontzegd, daar deze afbreuk doet aan de Goudse St. jacobsmarkt. Tevens wordt Schoonhoven veroordeeld in vijfzesde deel van de proceskosten. De door Gouda verlangde schadevergoeding wordt echter niet toegewezen. Gouda verzocht verbod om te Schoonhoven een maand vóór 4 juli boter bij (halve) tonnen te verkopen en kaas per 100 pond of andere grote hoeveelheden op de waag gebracht, op boete van 600 gouden carolus- gulden, te betalen door de burgemeesters, en 400 door de schepenen. Deze boete zou half aan Gouda toekomen en half aan de keizer. Het belangrijke vonnis is te Gouda bewaard in de vorm van een fraai perkamenten katern met zegel (zie de afbeelding op pag 11). Het betreft hier een tegen betaling verkregen zgn. bezegelde grosse van de minuut van het uitgebreide vonnis door de Grote Raad, waarmee Gouda haar verkregen gelijk voortaan kon aantonen.47 Dat de verhouding tussen beide steden danig verslechterd was door het conflict blijkt, als in 1548 poorters van Gouda met hun goederen niet op de vrije marktdag te Schoonhoven mogen staan en worden gearresteerd. De Goudse vroedschap besluit dan een poging tot verzoening te ondernemen.48 Zo kan het dus dat de Italiaanse diplomaat Guicciardini in zijn beroemde beschrij ving van de Nederlanden van ca.1566, voor Gouda spreekt van vermaarde jaarmarkten van (wollen lakens en) zoetemelkse of Stolwijkse kaas.49 48 OAG inv.nr. 43: 2e vroedschapsboek ƒ224 dd. 1548 4 sep., zie ook de reispost daarover in de stadsrekening van 1548 door burgemeester en bode naar Schoonhoven (OAG inv.nr. 1205 ƒ14) 49 L. Guicciardini, Beschrwinghe van alle de Neder-landen. ned. vertaling door c. Kilianum (Amsterdam 1612) p. 218 47 OAG inv.nr. 2349, perkamenten katern met zegel, vgl. regest 354 en Chronologische lijsten Grote Raad van Mechelen a.w. dl.IV nr. 765

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Schatkamer | 1995 | | pagina 12