56
In de brief vertelde hij o.a. van zijn ervaringen in Buchenwald; iets wat hem, onder dreiging
met de dood, was verboden. De brief was verstopt in een pakket, dat in Haaren was gepost.
De censuur was daar niet streng: "Het pakket, dat ik op 27 febr. ontving is niet eens nagezien
door den commandant. je kunt altijd wel een briefje bijsmokkelen, wij kijken ieder stukje
papier afzonderlijk na." In de brief werden, naast zeer persoonlijke, ook de gewone,
dagelijkse beslommeringen aan de orde gesteld. Zo vroeg Polet zijn vrouw bij Deth een
onbreekbaar horlogeglas van een bepaalde maat te halen en om een ander voorbeeld te
noemen: "Hierbij zend ik een pakket met m'n pullover. Deze voelt zo onfrisch aan na de vele
dagen gebruik in schoor! en in Buchenwald, dat een keer wasschen (of stoomen) wel noodig
is en ik hem liever niet hier in de wasch geef. Hij mag niet krimpen, want vooral op de rug is
hij eer te kort, dan te lang. De sokken, hierbij gevoegd heb ik op 4 februari aangetrokken en
dag en nacht aangehouden op 't transport door Duitschland", dat duurde tot 18 februari 1942.
Polet stuurde zijn familie ook enkele producten, die afkomstig waren uit paketten van het
Rode Kruis, die de gijzelaars toen ontvingen. Het Nederlandse Rode Kruis zond in die tijd,
tweemaal per maand, eenheidspakketten aan civiel-geïnterneerden te Haaren.30
Voor het einde van de oorlog werd Polet betrokken bij het Bureau Afvoer Burger
bevolking, dat belast was met de evacuatie van burgers. Vanaf 24 november 1944 was Polet
"substituut Commissaris Afvoer Burgerbevolking voor Gouda." Zo moest hij begin januari 1945
meehelpen 1200 evacuées uit de Biesbosch onder te brengen in de gemeente stolwijk.
Ongeveer 10 dagen voor de bevrijding was burgemeester K.F.O. James, die in september 1941
uit Gouda was verbannen en sindsdien in Rotterdam woonde, naar Gouda teruggekeerd. Hij
was ondergedoken in een woning aan het Van Bergen IJzendoornpark en werkte aan het
weer opnemen van zijn vroegere functie en Polet beraadslaagde van tijd tot tijd met hem. De
omstandigheden waren drastisch veranderd, sinds Polet op 12 december 1942, op Raam 242,
het volgende schrijven in zijn brievenbus aantrof. "Ik heb de eer u hierbij te doen toekomen
mijn besluit van 11 december 1942, waarbij ik u, na verkregen toestemming van den
Commissaris dezer Provincie, ingaande 15 december e.K, met aanspraak op wachtgeld, resp.
pensioen ingevolge de Verordening wethouderspensioenen 1939, heb ontslagen uit uw
bediening van wethouder dezer gemeente, die u ingevolge het bepaalde in art. 27 der
Verordening no. 152/1941 vanaf 1 september 1941 was blijven waarnemen. Ik stel er evenwel
prijs op u bij de beëindiging van uw wethouderschap dezer gemeente beleefd dank te
zeggen voor den zeer te waarderen arbeid uwerzijds daarin, gedurende meerdere jaren in
het belang der gemeente Gouda gegeven; al heb ik persoonlijk niet met u aan deze belangen
mogen arbeiden, het is mij bekend, dat u zich hiervoor steeds ten volle hebt gegeven. De
Burgemeester van Gouda, w.g. E.A.A. Liera; de gemeentesecretaris, w.g. G.J.J. Pot." Maar, vanaf
5 mei 1945 was Polet weer wethouder en hij bleef dit tot 1 september 1962.
in het voorjaar van 1970 bracht Polet met zijn vrouw en zoon, een lang uitgesteld
bezoek aan Buchenwald. Een verslag van zijn reis verscheen in de Buchenwald Bode, nr. 29,
het contactorgaan van de Club van ex-geïnterneerden van Buchenwald. Wat er toen nog over
was van het kamp, was ingericht als Mahn- und Gedenkstatte. Bijna 240.000 mensen
30De prijs van het pakket bedroeg F. 7,25 en de familie kreeg, tot en met 2 juni 1942 bericht omtrent de inhoud en de
datum van verzending. Wegens papierschaarste werd na genoemde datum deze informatie het thuisfront niet meer
toegezonden. De samenstelling van het pakket was niet altijd hetzelfde. Het pakket, dat op 1 april 1942 verzonden werd,
bevatte: "2 1/2 ons smeerkaas, 1 stuk zeep, 1 pond suiker, 1 pond rijst, 2 flesch sambal, 1 flesch nassi-goreng kruiden, 10
reepen chocolade, 1 paksanovite, 1 ontbijtkoek, 1 pond roomboter in blik, 1 pond cacaoline, 1 blik leverpastei, 1/2 pond
amandelen met rozijnen en 1/2 pond tabak.” m zijn brief van 1 maart 1942 meldde Polet ook de ontvangst van een
overgebleven kerstpakket, dat hij via Londen van het Amerikaanse Rode Kruis kreeg. In de periode van Schutzhaft in
Buchenwald kreeg mevrouw A. Polet - van Blanken bericht "dat aan de geïnterneerden in Block 14, geen pakketten mogen
worden toegezonden. Het zenden van een z.g. eenheidspakket aan uwen echtgenoot komt derhalve te vervallen.”