16
het
en
Beknopte verdere orgelhistorie
Verklaring uit 1939
Door de jaren heen vond regelmatig herstel plaats. Na de komst van electriciteit (1922) ver
dween de orgeltrapper. Na de restauratie van 1928 noteerde de secretaris-kerkvoogd na een
nota van ƒ1951,50 van de firma Gabrij uit Gouda "Zowaar al weer geen meevallertje. Dat no
ta tje Krijgt den Heer Smit mede om bij al de Soevernirs te doen welke hij alreeds heeft van
het on vergetelijk restauratie werk".11
In de dertiger jaren werd een lijst opgemaakt van 389 Nederlandse pijporgels waarvan
het materiaal tegen evt. vordering door militairen moest worden beschermd. In Zuid-Holland
was de score 60. Eén daarvan was 'Nieuwerkerk aan den Ijssel. Herv. 1774' 12 In 1939 gaf de
Rijksdienst voor de Monumentenzorg een verklaring om in oorlogstijd bij het orgel te hangen.
Het op 19 juni 1939 door de ministers van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen onderte
kende stuk luidt
"De
sche
In 1954 werd het orgel met steun van rijk, provincie en gemeente door Ernst Leeflang uit
Apeldoorn grondig gerestaureerd. Adviseur was F. Timmermans, stadsbeiaardier en organist
te Rotterdam. Op de dispositie was grondig gestudeerd. Bepalend waren de oorspronkelijke
registerbezettingen van het hoofdwerk uit 1770 of 1774 en het borstwerk uit 1852. De 19de
eeuwse romantische Vlaardingse situatie dus.
Voor 1996 is opnieuw een restauratie gepland.
Nederland-
Regeering
heeft dit orgel als
werk van den
allereersten rang
uit muzikaal en
historisch oog
punt van vorde
ring vrijgesteld en
richt tot de be
velhebbers der
militaire macht
van andere mo
gendheden het
dringend verzoek
dit orgel even
eens te sparen.
Deze tekst staat
er ook in
Duits, Frans
Engels op13.
11 Archieven Hervormd Nieuwerkerk, inv.nr. 205, notulen 11-1-1929.
12 2e noot 2.
13 Archieven Hervormd Nieuwerkerk, inv. nr. 251.
-HKVK'K i>EX MOXVMKVrx l|I<t< KKJC
\MTE5T Ml>MMt'