19
Mercator heeft bij zijn leven veel kaarten gepubliceerd, maar zijn grote droom heeft
hij niet kunnen uitvoeren. Hij wilde namelijk een kosmografie uitgeven, een ge
schiedenis van schepping, hemel, aarde en zee, gecombineerd met een wereldge
schiedenis en een volledige set kaarten van de toen bekende wereld. Met dit project
was hij al rond 1569 begonnen in Duisburg. Bij zijn dood in 1594 had hij 73 van de
geplande 120 kaartbladen gepubliceerd. Zijn zoon Rumold verzorgde een jaar later
een uitgave van het eerste deel van de kosmografie, onder de door Mercator be
dachte titel Atlas, sive cosmographicae meditationes de fabrica mundi et fabricati
figura.
Mercators atlas was het eerste kaartenboek dat als titel de naam Atlas droeg. Het
boek is vernoemd naar de Titaan Atlas uit de Griekse mythologie. Mercator legt in
zijn voorwoord uit waarom hij de naam Atlas gekozen heeft: niet omdat de reus die
zo heette de wereldbol op zijn schouders droeg, maar omdat hij een astronoom en
kosmoloog was.
Na de dood van Rumold in 1599 is de Atlas herzien in 1602. In 1604 zijn de druk
platen van de Atlas verkocht aan Jodocus Hondius in Amsterdam. Hondius heeft de
Atlas van Mercator zijn roem gegeven: in 1606 bracht hij de eerste editie van de
Mercator-Hondius Atlas uit. Vanaf dat moment verschenen er tot 1638 diverse ver
beterde en uitgebreidere drukken van de Atlas in verschillende talen.
Het Goudse exemplaar van de Atlas
Het Goudse exemplaar van de Atlas is de vierde editie uit 1612? Dit jaar was een
belangrijk jaar voor de Goudse Librije.3 De organisatie van de instelling werd toen
definitief op poten gezet. De magistraat stelde een college van librijemeesters aan,
dat een eerste bezoekersreglement van vijf punten opstelde. Dat college bestond uit
Hadrianus Cool, Herbold Thombergen en Willem Traudenius. Zij waren belangrijke
Goudse notabelen: Cool behoorde van 1610 tot de wetsverzetting van eind 1618 tot
de magistraat van Gouda, meestal als schepen, maar ook enkele malen als gecom
mitteerde raad van de Staten van Holland; Thombergen was van 1598 tot 1619 re
monstrants predikant en Traudenius was van 1607 tot 1615 rector van de Latijnse
school. Bij hun aantreden als librijemeesters in 1612 hebben zij deze - voor die tijd
uitzonderlijk grote - schenking aan de librije gedaan.4 De vierde editie was toen net
in datzelfde jaar verschenen.
2 Koeman, Atlantes Neerlandici, dl. II, Me 21 (p. 318); dit is een variante editie van de editie
uit 1611 (zie p.293). Aardig om op te merken is, dat de bibliotheek van het streekarchief ook
de eerste editie van de Nederlandstalige Mercator-Hondius Atlas uit 1634 bezit (Koeman,
Atlantes Neerlandici, dl. II, Me 39A): Librijecollectie 2216 F 1. Deze atlas behoort echter niet
tot het oude bezit, maar is pas op 1 maart 1899 verworven van het stedelijke museum (zie
Librijearchief inv.nr. 39); het exemplaar zelf heeft ooit toebehoord aan de secretarie van de
stad Gouda (volgens inschrift).
3 Over de geschiedenis van de librije zie: J.W.E. Klein, Geen vrouwen ofte kinderen, maer
alleenlijk eerbare iuijden: 400jaar Goudse Librije 1594-1994, voor het jaar 1612: p. 29
4 Er is één eerdere schenking geboekstaafd, maar dat betreft een gift van een particulier,
namelijk de Opera van F. Petrarca, gedrukt te Bazel door Henricpetrus in 1581. Dit boek is
geschonken door de Goudse drukker A. Burier in 1611.