iv.du r
F—*
.V
55
1
De muur aan de Molenwerf
In de eerste decennia van de negentiende eeuw verdwenen de huizen aan de
noordzijde van de Molenwerf. In februari 1821 werd het huis achter het kostershuis
afgebroken. De vrijgekomen ruimte werd met het deel dat al eigendom was van de
kerk als één geheel ingericht door '...de aankoop van een ledig erf, gelegen aan de
noordzijde van de Molenwerf, eigendom van Jan Berlijn aankomende en strek
kende voor van de straat tot achter het eigen van deze St.-Janskerk voor de prijs
van f6,-'. Hiermee was de basis gelegd voor de huidige 'kosterstuin'. Kerkvoogd W.
Kolff, tevens regent van het Catharina Gasthuis, werd gevraagd of de kerk '...het
erf, uitkomend aan de zijkant van het Gasthuis ten dienste en gebruik van genoemd
huis af wilde staan tegen een jaarlijkse vergoeding'. De kosten van een muur aan
de Molenwerf om het terrein af te sluiten werden geschat op 130 gulden.
Kerkhof en huisjes
In januari 1821 verkeerde het
kerkhof in een verwaarloosde staat.
Verschoor begrootte een opknap
beurt op 275 a 300 gulden. De
tuinman Cornells van der Hek ging
het opnieuw beplanten, hij leverde
ook de benodigde aarde. Hij mocht
gratis twee lindebomen rooien, on
der voorwaarde dat hij de rest van
het jaar voor eigen rekening het
kerkhof zou onderhouden. Bij de
ingang kwam een nieuw toegangs
hek, naar ontwerp van Verschoor.
Inspectie van de huisjes rondom de
kerk toonde aan dat ook hier op
korte termijn reparaties onvermij
delijk waren.
Ontwerp voor een toegangshek naar
het kerkhof door A. Verschoor; niet
eerder gepubliceerde tekening (1821)
Ontwerp voor een bekroning van het hek met doodssymbolen als schedels,
een gevleugelde zandloper en zeisen. A. Verschoor (1821)
-