I! öe Chinese Pd.peq^d.1 i JDEIWE It ;i p p i e en <le automatische stuurman IDENHfiflE Beroepen Geslaagd Doorgaansverbod Grote order voor Verheul/Leyland Geslaagde feest- vergadering van Ned. Clir. Vr.bond Weekblad voor Waddinxveen :\e»a Bk. u 3 maart 1966 WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN HOLLANDS HART Pagina 5 20 ja ar geleden: - 6. door soc. zaken W’veen ■■I JT. v. Steiju dir. gein, dienst van Ttlobiflette voor^ffl een vol-automatische brommer KRAIJESTEIJN .vr3 M - ZUZ HORLOGER^ (wordt vervolgd) Dealer voor Waddinxveen door Earl Derr Biggers vertaald door P. Oreille Hoofdstuk 6 - Nr. 14 zijn zeldzaam.” we een APARTE RINGEN Op de huwelijksdatum van H.K.H. Prinses Baetrix, op 10 maart aanstaande is het groot feest, ook in Waddinxveen. Na het grote vuurwerk ’s avonds om half acht aan de Sniepweg verplaatst de feestvreugde zich naar de veilinghal aan de Bredeweg, waar de bekende televisie-presentator Herman Stok een muzikaal program ma zal presenteren, dat klinkt als een klok. Medewerking verlenen onder meer ’’The New Orleans Synco Paters” met zang van Karin Kent en Li-a-Foe, ’’The Sparklings” met zang van Ben Kramer en het amusement- en showorkest van John Kirstel. De toegangskaar ten, die in de voorverkoop twee gulden kosten, zijn verkrijgbaar bij alle Waddinxveense sigarenwinkeliers. KERKWEG189-TEL-.Z077 WADDIHXVEEN WADDINXVEEN Dominee J. Verwelius, hervormd predikant in Waddinxveen, heeft een toezegging van beroep ontvangen naar de Ne derlands Hervormde gemeente in Veenendaal. WADDINXVEEN De heer N. Vink sr. uit Waddinxveen is ge slaagd voor het dezer dagen gehou den examen van de Stichting Vak opleiding Meubilering Kleinhandel Meubelen te Utrecht. HERKWEG189-TEL-.Z077 WADDIHXVEEN Vrijdag 1 maart 1946: Een ongewone klopjacht had dezer dagen plaats toen een twee tal stroopers, opgejaagd door en kele marechausees uit Zoeter- meer in onze omgeving beland-1 den en zich probeerden te ver- i 1 bergen op het erf van den land-i bouwer van T. in het Noordeinde Door deze opgemerkt, werd met diens knecht en de politie de achtervolging voortgezet tot in Hoogeveen, waar zij zich in een kreek wisten te verschansen. Van hier weer opgejaagd zagen zij kans zich in een varkenshok bij den heer H. te verbergen, waar zij beiden gegrepen wer-1 en. Stroopers en achtervolgers waren druipnat tengevolge van de vele slooten die genomen moesten worden. Ondanks de lange tocht had de politie de vol doening de beide heeren te kun nen inrekenen. Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland hebben dezer dagen beslo ten een doorgaansverbod vast te stellen voor de tunnel onder de spoorlijn Gouda-Rotterdam en Den Haag. Dit doorgaansverbod geldt eveneens voor de direct op de on derdoorgang aansluitende gedeel ten van de oostzijde van de Nieuwe Gouwe voor verkeer in de richting Waddinxveen. 24. Intussen waren professor Not- terkrakr en zijn assistent met de bus bij de haven aangekomen. „De auto is er no gniet, Knoke- meijer,” zei de geleerde ongerust, terwijl hij overal langs de kade rodnspeurde, „daar begrijp ik niets van, zij hadden er al lang moeten zijn! Als hun maar niets is overkomen!” Ook Knokemeijer keek bezorgd rond, maar opeens verhelderde zijn gezicht. „Daar komen zij riep hij opgelucht naar een snel naderende auto wij zend. Nauwelijks stond de auto stil of de professor rukte het por tier open. Hij slaakte een zucht van verlichting toen hij zijn robot onbeschadigd en vriendelijk glim mend achter het stuur zag zitten. Maar meteen werd hij opzij ge duwd door de Maat, die zich, wild van zenuwen, uit de auto werkte. „Lame d’ruitgilde de Maat, „ik wil niet langer door een automaat gereden worden!” En zonder ver der op of om te zien rende hij naar de ligplaats van de Kraak. „Wat is er met hem?” vroeg professor Notterkrakr verbouwe- WADDINXVEEN De NV’s Ver heul en Leyland hebben van de ge meente Rotterdam opdracht gekre gen voor de levering van vieren twintig autobussen voor de Rotter- damsche Electrische Tram (RET). B. W. van Rotterdam hebben de raad gevraagd een krediet van bijna twee miljoen gulden uit te trekken voor dit project. WADDINXVEEN Meer dan honderd dames kwamen vorige week in het verenigingsgebouw aan de Stationsstraat bijeen ter gelegen heid van de feestelijke jaarvergade ring van de Nederlandse Christen Vrouwenbond afdeling Waddinx veen. De presidente, mevrouw Van Rhijn-Kooyman, hield een korte openingstoespraak waarin zij onder meer de afgevaardigden van de hervormde en gereformeerde vrou wenverenigingen en die van enkele zusterverenigingen uit de omgeving verwelkomde. De presidente stond ook stil bij het overlijden van en kele leden van de afdeling. Zij was bijzonder verheugd over het werk van de propagandacommissie die in korte tijd er in slaagde het ledental op te voeren tot 250. Uit het jaarverslag van de secre taresse, mevrouw J. A. W. Graaf- land-Baas, bleek dat de vereniging een actief jaar achter de rug heeft. Zo werden een flink aantal bijeen komsten gehouden. Ook werden er enkele uitstapjes gemaakt. De financiën geven geen aanlei ding tot klagen. De penningmeeste- resse kon mededelen dat er een ba tig saldo van 54,was. Na afloop van het huishoudelijke gedeelte werden door een koortje enkele liederen ten gehore gebracht Daarna werd een aantal gespreks groepen gevormd die de beantwoor ding bespraken van een vijftal door het bestuur opgegeven vragen. De vragen hadden betrekking op het werkprogramma. Zes dames brachten vervolgens op niet onverdienstelijke wijze het toneelstukje „De kamer met de zes kasten” voor het voetlicht. z z Wij komen nu tot een belangrijk punt wat betreft de bijstand h.l.: wat wordt daaronder verstaan? In de eerste plaats zijn er vier punten: wie:, wanneer, waar om en voor hoeveel komt men in aanmerking voor bijstand. Wie? Dat zijn de Nederlanders hier te lande, op grond van artikel; 1; vreemdelingen van Verdrag staten op grond van artikel 84; Nederlanders in het buitenland, maar dan vanwege het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk recht streeks. Wanneer komt men in aanmerking? Wanneer men in zodanige omstandigheden verkeert of dreigt te geraken, dat men niet over de middelen beschikt om in de noodzakelijke kosten van het bestaan te voorzien. De plicht van de overheid tot bijstands verlening is niet beperkt tot de voorziening in het aanwezige tekort van middelen, doch ook bij drei gend gebrek aan bestaansmiddelen. In dit laatste ge val is voorziening nodig ter handhaving van zelf standige voorziening in de kosten van het bestaan. Uitgangspunt van het systeem van de bijstands verlening is de gedachte dat iemand die wel over middelen van bestaan beschikt deze in eerste aanleg daarvoor ook zal aanwenden. Het bijstandverlenend orgaan zal moeten beoordelen of reservering van wel aanwezige middelen als kosten van het bestaan zijn aan te merken. Buiten beschouwing worden gelaten in elk geval: 1. het voor opleiding of bedrijf bestemde vermogen, mits voldoende waarborgen bestaan voor deze bestemming; 2. een bescheiden vermogen; 3. een redelijk deel der inkomsten uit arbeid van een minderjarig kind; 4. uitkeringen van derden voor zover aanvaardbaar. Voor het begrip van bescheiden vermogen wordt veelal gehanteerd de maatstaf van de diverse rijks groepsregeling en t.w.: 6000,voor een kostwinner eventueel verhoogd met 1200,per minderjarig kind; 3600,voor een alleenstaande of thuiswonen de meerderjarige. Ter vaststelling van de hoogte van de bijstand dient uitgegaan te worden van een drietal criteria. Het eerste wat bepaald moet worden is wat er ver staan wordt onder de „noodzakelijke kosten van het bestaan”. Daaronder zijn in het algemeen te ver staan die kosten van goederen of diensten die in het algemeen voor ieder als noodzakelijk worden aange merkt voor een bestaan in de huidige Nederlandse samenleving. De tweede overweging welke in het geding komt is dat aan het begrip noodzakelijk kosten van het be staan verbonden is de bepaling dat de bijstand wordt af gestemd op de omstandigheden en mogelijkheden van persoon en gezin. De hoogte der bijstand is niet afhankelijk van hetgeen betrokkene, gezien zijn om standigheden en mogelijkheden, voor zich nodig acht, maar van hetgeen algemeen als nodig wordt geacht voor een persoon die in een of andere concrete situatie verkeert en/of over zulke mogelijkheden beschikt. Het gaat daarbij om een vaststelling van hetgeen een individueel geval in een gegeven sociale situatie vraagt. Deze opvattingen zijn niet statisch. Derhalve is de aansluiting op elke maatschappelijke situatie ge waarborgd. Immers wat gisteren niet voor kosten van het bestaan medetelde kan vandaag als zodanig aan vaard worden en is derhalve niet „tijd-gebonden”. De bepaling „noodzakelijk” houdt enerzijds een be perking in van de overheidsplicht, maar anderzijds ook een beperking van de hoogte van de bijstand. Af wijking naar beneden ontmoet op zijn weg de rechts middelen van beroep. Afwijking naar een te hoge uit kering kan door schorsing of vernietiging worden ge troffen. Voorts lette men er wel op dat gesproken wordt van de kosten van „het” en niet van „zijn” bestaan. De derde eis van de wet is dat de bijstand niet „conserverend” maar verbeterd dient te zijn. De bij stand moet erop gericht zijn de persoon zo mogelijk in staat te stellen zelfstandig in het bestaan te voor zien. Zodoende zullen onder dit begrip ook gebracht kunnen worden de kosten van scholing, herscholing, omscholing, revalidatie, reactivering, sanering enz. Ook de medische voorzieningen inclusief de verpleeg- kosten verbonden aan de opname in inrichtingen of tehuizen voor geesteszieken, chronische patiënten, ouden van dagen enz. behoren tot de kosten van het bestaan. Bovendien zal het mogelijk zijn bijstand te verlenen in de kosten van gezinsverzorging, huis houdelijke hulp enz. Tot zover de algemene dingen betreffende de elementen van overweging bij bijstand verlening. KLOKKEN' KLASSIEK en MODERN Westen kom om langer te blijven, breng ik een heel personeel mee. Dit bezoek kwam tamelijk onverwachts op.” „Is uw eigenlijke hoofdkwartier niet in Pasadena?” vroeg Bob. „Ja, daar heb ik een huis inde Oranjebos Avenue. Ik heb deze ranch voor een weekend zo nu en dan - als mijn asthma me bedreigt. Het is wel eens goed weg te gaan uit de drukte.” De miljonair schoof zijn stoel ach teruit en keek op zijn horloge. „Nu kan er elk ogen blik antwoord uit San Francisco komen,” zei hij hoop vol. Eden keek naar de telefoon in de hoek. „Hebt u een gesprek met vader aangevraagd of met het kantoor?” vroeg hij. „Het kantoor,” zei Madden. „Ik berekende, dat boodschap konden afgeven, als hij uit was.” Thorn kwam naar voren. „Chef, hoe moet het met dat interview van Holley?” „Och, verduiveld, wat ben ik begonnen!” zei Madden. „Ik kan de schrijfmachine wel hier brengen,” begon de secretaris. „Nee, we gaan naar je kamer. Eden, als de telefoon „De dag begint pas,” herinnerde Bob hem. „Het kan nog best.” „Ik hoop het,” mopperde Madden. „Ik ben aan zulk gezeur ni et gewend, dat zeg ik je.” Zijn grote hoofd ging boos achterover toen hij de ka mer verliet. Bob keek hem na, diep in gedachten. Mad den, de meester van miljoenen, legde wel wat al te gorte nadruk op dat halssnoer. De jongen verbaasde er zich over. Zijn vader begon oud te worden - hij was ver van de markt in New York af. Had hij zich schro melijk vergist, toen hij die paarlen schatte? Waren ze misschien heel wat meer waard, dan hij ervoor vroeg, en schuimbekte Madden nu om ze in handen te krijgen voor de juwelier zijn vergissing ontdekte en misschien te niet deed? Alexander Eden had zijn woord gegeven, maar toch kon Madden vrezen, dat ze hem ontglippen zouden. De jongen liep langzaam de patio op. De kille nacht wind was verdwenen, en hij zag de wosetijn uit liede ren en verhalen, gloeiend onder de onbarmhartige zon. Op het zandige erf was allerlei leven. Vette kippen eri trotse kalkoenen stapten in hun ren heen en weer. Even bleef hij kijken bij een aardbeienbed, vol rode, verlei delijke vruchten. Boven hem, aan de kale takken der populieren, zag hij knoppen, een zwijgende belofte dat weldadige schaduw niet ver meer was. Vreemd, zoals alles leefde en groeide hier in dit ver laten land. Hij ging de tuin verder in. In een hoek was een groot reservoir, half vol water wat moest het prettig zijn daar op een augustusmiddag naar te kijken. Toen hij weer op de patio kwam, bleef hii staan om met Tony te praten, maar deze zat treurig op zijn stang. „Hoo la ma,” zei hij. Er kwam leven in Tony. „Sung kai yat bo,” merkte hij op. „Ja, en wat jammer, hè?” antwoordde Bob ondeugend. „Gee fung Low hop,” voegde Tony er zwakjes aan toe. „Misschien, maar ik heb het anders gehoord,” zei Bob, en liep door. Hij vroeg zich af, waar Chan mee bezig was. Blijkbaar leek het de speurder het beste Thom’s bevel op te volgen van de vogel af te blijven. Dat was niets vreemds, want de ramen van de secretaris keken juist op Tony’s stang uit. Weer in de woonkamer gekomen, nam Bob een boek op. Een paar minuten voor twaalven hoorde hij het asthmatische gekuch van Horatius Greeley op het erf, en hij stond op om Will Holley binnen te laten. De redacteür glimlachte en zag er energiek uit. (wordt vervolgd) Australië handel dreef, heeft me de vogel gegeven. Ik heb hem hiergebracht om mijn huisbewaarder Louie Wong gezelschap te houden.” „Ik dacht dat uw jongen Ah Kim heette,” zei Bob onnozel. „O, deze. Dit is Wong niet. Louie werd onlangs plotse ling naar San Francisco geroepen. Deze Ah Kim kwam toevallig heel gelegen gisteren. Hij is maar noodhulp tot Louie terug komt.” „U hebt gelijk,” merkte Bob op, „Zulke goede koks zijn zeldzaam.” „Och, het gaat best,” gaf Madden toe. „Als ik naar het reerd. „O, de klont heeft het op zijn zenuwen door alles, wat wij onderweg hebben meegemaakt,” antwoordde Kappie, uit de auto stappend. En hij vertelde, wat er allemaal gebeurd was. „Ik heb er twee dingen van geleerd,” besloot hij, „ten eerste, dat die Geldjes lijmer een schurk is en ten twee de, dat die automatische stuurman van u deksels knap in elkaar zit. En daarom doe ik met u mee. Uw robot mag mijn schip sturen in de Ducata-wedstrijd (wordt vervolgd) Ter inleiding op de komende verkiezingen heeft de Partij van de Arbeid op woensdag 4 maart een Openbare Vergadering be legd in ’t Centrum, waar als spreker zal optreden de heer E. Vermeer, lid der 2e Kamer. Ds L. Vroegindeweij heeft voor het beroep der Herv. Kerk te Sprang bedankt. Het Weekblad voor Waddinx-i veen wordt wekelijks bij 1000 geabonneerden thuisbezorgd. niet voor zijn zaken...” „Hoor eens, meneer Madden,” begon Bob. „Golf, golf,” raasde Madden. „Dat heeft meer goede lui naar de maan geholpen dan wishkey. Ik zeg je, als ik op golflinks rondgelummeld had, zou ik nu niet zijn wat ik ben. Als je vader een beetje hersens had...” „Nu is het genoeg,” zei Bob en stond op. Plotseling veranderde Madden van toon. „Het spijt me,” zei hij. „Maar dit is erg vervelend, dat moet je toe geven. Ik wou vandaag op reis met dat halssnoer.” J Hij ging vlug naar de badkamer, die gelegen was tus sen zijn kamer en het lege slaapvertrek er achter. Toen hij eindelijk bij Madden kwam, meende hij de nagloed van het zenuwtoeval nog op het gelaat van de miljonair te lezen. „Het spijt me, dat ik zo laat ben,” verontschuldigde hij zich. „Maar de woestijnlucht...” „Dat weet ik,” zei Madden. „Het hindert niet - we heb ben geen tijd verloren. Ik heb San Francisco al opge beld.” „Een goed idee,” antwoordde Bob, zonder enige geest drift. „Het kantoor, zeker?” „Natuurlijk Plotseling bedacht Bob, dat het zaterdag was, en tenzij het regende in San Francisco, was Alexander Eden al eeneind op weg naar de golf-links. Daar zou hij mins tens tot vanavond laat blijven - misschien wel de zon dag over. O, als het nu maar mooi weer was in het Noorden! Thorn kwam binnen, kalm en deftig in zijn donker blauwe pak, en hij keek met hongerige ogen naar de tafel bij de haard. Zij zetten zich aan het ontbijt, dat door de nieuwe huisknecht, Ah Kim, was gereed ge maakt. Het was uitstekend, want Chan had zijn oplei ding bij de familie Phillimore niet vergeten. Al etende, werd Madden wat zachter gestemd. „Ik hoop, dat je gisteravond niet van Tony’s gekrijs geschrokken bent,” zei hij na een poosje. „Nu, even wel,” erkende Eden. Natuurlijk was het over, zodra ik wist wat de oorzaak van het rumoer was.” Madden knikte. „Tony is een kleurloos beest, maar zijn verleden is scharlakenrood,” merkte hij op. „Dat kan ons ook overkomen,” opperde Bob. Madden keek hem scherp aan. „Een zeekapitein, die op gaat, antwoord dan even.” Zij gingen heen. Ah Kim kwam geruisloos binnen om het ontbijt af te nemen. Eden stak een sigaret op, en liet zich achterover vallen in een stoel voor, dat de stralende zon buiten nu overbodig maakte. Twintig minuten later ging de telefoon. Eden sprong op, maar vóór hij er bij was, stond Madden al naast hem. Hij had gehoopt alleen te zijn bij deze beproeving en nu zuchtte hij diep. Toen hij aan het andere einde van de draad de koele, welluidende stem der met zorg gekozen escretaresse van zijn vader hoorde, voelde hij zich verlicht. „Hallo. Hier Bob Eden, op de ranch van Madden in de woestijn. Hoe gaat het u op deze stralende morgen?” „Waarom denkt u dat deze morgen hier stralend is?” De moed ontzonk Bob. „Zeg niet, dat het anders is. Dat zou mijn hart breken.” „Waarom?” „Nu, hoewel u altijd mooi bent, stel ik me u toch graag voor met het zonlicht op uw haar...” Madden legde een zware hand op zijn schouder. „Wat duivel haal je toch uit? Wou je een afspraakje maken met een koriste? Bespreek je zaak!” „Excuseer,” zei Bob. Juffrouw Chase, is vader er?” „Neen, het is zaterdag. U weet wel, golf.” „Ach ja - natuurlijk. Dus het is mooi weer. Nu, zeg hem, dat hij me hier opbelt, als hij thuiskomt. Eldorado 76.” „Waar is hij?” vroeg Madden in spanning. „Golf spelen,” antwoordde de jongen. „Waar? Op welk veld?” Bob zuchtte. „Hij is zeker in Burlinghame,” zei hij in de hoorn. Toen antwoordde de secretaresse - een pracht meisje is ze toch, vond Bob - „Vandaag niet. Hij is met enige vrienden ergens anders heen gegaan; waarheen zei hii niet.” „Dank u wel,” zei Bob. „Leg de boodschap maar op zijn schrijftafel.” Hij hing de hoorn op. „Da tis jammer,” zei hij opgewekt. „Hij is ergens gaan golf spelen, en niemand weet waar.” Madden raasde. „Die oude dwaas. Waarom zorgt hij t:

Kranten Streekarchief Midden-Holland

Weekblad voor Waddinxveen | 1966 | | pagina 5