1 roetreding tot
afgestemd
Raad maakt burgemeester boos
in
onaanvaardbaar
zijn
Gesol met recreatieschap
2 raadsvergaderingen
„Kosten
Waar blijft dat geld allemaal?”
Nederlandsche Roode Kruis honderd jaar
„schap”
DE BRONZEN
ADELAAR
cc
Pagina 2
Historische roman
Geen cent subsidie
L
Gas
Regionaal
Verwarming
Baronesse Orczy
Slootwater
Honderd jaar
vervolg pag. 3
Niet minder - toch minder
D
een
aan
ma-
water
stuk
verversen
A
(wordt vervolgd)
WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN/HOLLANDS HART - Donderdag 25 mei 1967.
Akkoord ging de raad met een
Des
te vreselijker, omdat jij helemaal onbewust schijt t te
Mr. H. Th. van Schaik (KVP) zei als woordvoerder
van de financiële commissie, dat de noodzaak van het
tot ontwikkeling brengen van de recreatieterreinen ter
dege wordt beseft. Het initiatief en het uitwerken daar
van door de gemeentebesturen van Gouda, Reeuwijk
en Waddinxveen werd door de commissie waardevol ge
acht, maar zij kon niet inzien, hoe aan de financiële
verplichtingen (het plan zal Waddinxveen in de eerste
fase alleen al ruim acht ton per jaar kosten) zou kun
nen voldaan. ’’Daarom,” zei de heer Van Schaik, ”kan
de commissie niets anders doen, dan adviseren tégen te
stemmen.”
De Koning gaf mij vader dit oude kasteel terug, omdat
1--4. x--1 _i- -J-ix-
handen van de regering was. Ónze andere goederen
van
tien
pijn
vader en terwille van de naam, die ik draag, mout ik
mijn hand geven aan Victor De Marmont en ik bid 3od,
Neen, we hebben ons gezicht niet
méé, zegt de Directeur Generaal van
het Nederlandse Roode Kruis, de
heer A. van Emden, van achter zijn
bureau in zijn indrukwekkende,styl-
volle, deftige werkkamer.
Het is een der kamers van het sta
tige herenhuis met het Johanniter-
kruis in de gevel aan de Prinsesse-
gracht te ’s-Gravenhage. De sfeer
van vroegere glorie is er zichtbaar en
voelbaar. Het kan niet op, denkt de
geïmponeerde bezoeker. Vooral wan
neer hij gekomen is om de vraag te
stellen. ’’Waar blijft nu al dat geld,
dat ieder jaar voor het Roode Kruis
wordt bijeengebracht?”
Neen, we hebben ons gezicht niet
mee, glimlacht de heer Van Emden.
Zo’n deftige huisvesting! Maar... we
kregen dit huis ten geschenke! En
Monumentenzorg waakt er over. Het
is mooi, maar niet efficiënt. En het
maakt zo’n dure indruk...
Hij kan het zich indenken, dat,
wanneer men dit ziet, wanneer men
al die mensen telt, die in dienst van
het Roode Kruis bezig zijn, men zich
afvraagt of dat nu allemaal nódig is.
Maar hij heeft een afdoende manier
om zijn vragende bezoeker tot zwij-
het toevallig overkoopbaar was, waardoor het nog in
kunnen ons echter evenmin teruggegeven worden:
die harde waarheid is mijn vader na deze laatste
maanden wel doordrongen en nu begrijpt hij het einde
lijk. Het oude kasteel, deze verwaarloosde tuin.
paar gebroken meubels, een handvol geld uit de s< hat-
kist van onze edelmoedige koning, is alles wat er uihet
verleden gered is. Mijn vader is precies even arm a Is jij
zelf, Maurice, precies even arm, als toen hij in Enge land
Frans onderwees aan een tweederangs school. Maar Vic
tor de Marmont is rijk en met zijn geld zullen ran-
neer ik zijn vrouw ben al de landerijen teruggei ocht
kunnen worden, die gedurende honderden jaren in lan
den van onze familie zijn geweest. Terwille van
vader en terwille van de naam, die ik draag,
x, - -„:.x__ r._ -x
dat mijn leven na het volbrengen van deze plicht, enigs
zins dragelijk zal zijn...”
„Dus je bent bereid voor een paar bunders gronc
die De Marmont verkocht te worden?” zei Maurice de
St. Genis woedend. „Crystal, het is monsterachtig!
De heer Van Emden zit op zijn
praatstoel als hij de taken van het
Rode Kruis opsomt. Allemaal passe
ren ze de revue, het informatiebu
reau (vooral vlak na de oorlog zeer
belangrijk), de moedermelk- en
hoornvliescentrale, het lectuurdepot,
de boottochten met de eigen ’’Henry
Dunant” voor chronische, bedlegeri
ge patiënten, die anders nooit buiten
zouden komen, de vakantieweken
voor invaliden in het Henry Dunant-
huis en hij noemt in het bijzonder
de vrijwilligers, die daarbij helpen,
die soms hun eigen vakantie opoffe
ren.
En dat alles zonder één cent subsi
die!
Vandaar de slagzin: Helpt UW Ro
de Kruis helpen! Dat Rode Kruis be-
Dit laatste werd door de heer Van
der Hooft bestreden. Waddinxveen
heeft pas de gemeentelijke belastin
gen verhoogd om voor een extra uit
kering uit het Gemeentefonds in aan
merking te kunnen komen. Een
tweede verhoging zal volgens de
burgemeester niet worden verlangd.
Hij was het ook niet eens met de
opmerking van de heer P. Noordam
(AR), dat het recreatiegebied voor
90% zal worden bezocht door mensen
van buiten de drie gemeenten. Week-
end-enquêtes hadden volgens de
heer Van der Hooft uitgewezen, dat
Waddinxveen qua bezoekertal op de
vierde plaats komt in Reeuwijk. Wel
zei hij aan het betrokken gebied gro
te regionale betekenis toe te ken
nen.
Ziende, dat een stemming omtrent
dit voorstel onvermijdelijk zou zijn,
zei de burgemeester (met nog steeds
een onwrikbaar vertrouwen in de fi
nanciële bijstand van het Rijk):
Steun op het College. Wij zullen voor
dit plan geen cent hoeven uit te ge
ven, want we hebben het geld er
toch niet voor. Wethouder P. Lips
(PvdA) steunde de laatste poging van
de burgemeester met te zeggen:
’’Voor toetreding tot het ’schap’ heb
ben we de toestemming nodig van de
Kroon. De Kroon kent onze financië
le toestand, en zal, indien er voor ons
financiële consequenties dreigen, die
toestemming zeker weigeren.”
Bij de vervolgens gehouden stem
ming bleek de raad het naar haar
mening toch bestaande geldelijke ri
sico niet aan te durven. Met één
stem verschil werd het voorstel tot
toetreding afgestemd. De acht tegen
stemmers waren A. H. van Gent
(PvdA), H. Huizer (Herv. Kiesver.),
Ph. Kroes (WD), J. H. Mol (VVD), H.
Mulder (SGP), P. Noordam (AR), drs.
P. M. van Onna (KVP) en mr. H. Th.
van Schaik (KVP)
Slotzin van een - zichtbaar - te-
teleurgesteld en boze burgemeester:
”Ik hoop, dat u uw verantwoordelijk
heid voor wat u zojuist heeft gedaan
kent.”
Waddinxveen zal toetreden tot de gemeenschappelijke
regeling voor landschapsverzorging, natuurbescherming
en recreatie, t.a.v. ’t Weegje, de Reeuwijkse Plassen en
de Goudse Hout. Deze beslissing was het resultaat van
een lang touwtrekken tussen B. en W. enerzijds en
raadsleden anderzijds in de gemeenteraadsvergadering
van vorige week donderdagavond en van maandag
avond. Donderdag leek het er echter helemaal niet op.
Met acht tegen zeven stemmen werden het betrokken
voorstel verworpen. De tegenstemmers hadden hun me
ning voornamelijk gebaseerd op de onaanvaardbaar
hoge kosten, die voor Waddinxveen uit toetreding tot
het recreatieschap mogelijk kunnen voortkoen.
Een andere zaak, die in de eivolle
raadszaal uitputtend werd behandeld
was het aanvullend krediet van
350.000, dat B. en W. vroegen voor
de centrale wjjkverwarming in de
Vondelwjjk.
De vele problemen rond deze ver
warming riep nog vele vragen op. Zo
wilde de financiële commissie wetens
voor wiens rekening de waardever-*
mindering van de installaties zowel
binnen als buiten komt, als gevolg
van die moeilijkheden. ”Wie betaalt
bijvoorbeeld,” vroeg rapporteur Van
Schaik”, ”de vervanging van een ra
diator, die kort na het aflopen van de
garantietermijn als gevolg van het
Ook de bouwcommissie toonde zij monde van woordvoerder drs. P. M. van
Onna (KVP) grote waardering voor het plan als zodanig. Deze commissie had
ook de noodzaak van het verschaffen van recreatieve voorzieningen, zowel
voor de plaatselijke als regionale bevolking, wel ingezien. ’’Maar,” zo zei de
heer Van Onna, ”de recreatieve belangen voor Waddinxveen zyn zeer beperkt
in deze opzet. Het Weegje is een wormvormig aanhangsel aan onze gemeente
grenzen, ver van onze bebouwde kom en dicht tegen Gouda aanliggend.Daar-
om is de bouwcommissie sterk tégen aanvaarding van het voorstel tot toetre
ding.”
Uiteraard reageerde burgemeester
C. A. van der Hooft niet enthousiast
op hetgeen de rapporteurs van beide
commissies hadden meegedeeld. Uit
gebreid schetste hij de geschiedenis
van de plannen rond 't Weegje. Hij
herinnerde de. raad eraan, hoe deze
in 1957 akkoord is gegaan met de
eerste aankopen in dit gebied. ”U
hebt toen A gezegd, en daarom moet
u nu ook het hele alfabet afwerken,”
meende de burgemeester. Hij zei ver
der: ”Als we niet met plannen komen,
krijgen we ook geen geld. En dan
blijft alles, wat we hebben gekocht,
daar zo maar liggen. Gedeputeerde
Staten zullen garant staan voor alle
uitgaven voor dit plan. Het geld zal
bovendien uit de nodige bijdragen
moeten komen.”
Volgens de heer Van Onna zin
speelde de burgemeester op een extra
uitkering uit het Gemeentefonds,het
geen deze beaamde. ’’Maar,” zei de
heer Van Onna, ”nu al hebben we
een tekort van zeven ton. De gemeen
telijke belastingen zijn onlangs om
hoog gegaan, dat levert ons ongeveer
twee ton op en misschien krijgen we
als extra uitkering nog eens één ton.
Dan blijft er toch altijd nog een be
langrijk gat over,” aldus het KVP-
raadslid. ’’Waar gaan we naar toe
met de gemeentelijke belastingen,als
we vandaag tot deze uitgave beslui
ten over te gaan?” voegde hij er nog
aan toe.
transfusiedienst. Twaalfduizend
mensen vormen de Rode Kruis Ko-
lonnes, vierduizend helpen bij het
Welfarewerk. Duizend hulpposten
zijn langs de wegen ingericht. Grote
voorraden moeten worden aange
houden, opdat men bij rampen hulp
kan bieden.
Men glimlacht weleens, zegt de
heer Van Emden, als het Rode Kruis
weer ’’dekens” heeft gestuurd, maar
aan dekens is in zulke gevallen al
tijd en overal behoefte!
„Nee, Maurice,” antwoordde ze, „nooit meer.”
„Je bent nog vrij,” hield hij vol „Je hebt je trouw nog
niet aan De Marmont verpand.”
„Nee nog niet definitief pas vanavond...”
„Dan... mag ik heus niet?”
„Nee Maurice,” zei ze beslist.
„Je hand dan!”
„Zoals je wilt.”
Hij knielde dicht bij haar neer; ze gaf hem haar hand
en met zijn gewone onstuimigheid bedekte hij die met
kussen, waarin hij al de innigheid van zijn afscheid
trachtte neer te leggen.
Toen, zonder een woord, stond hij op en liep met grote
passen de laan af. Crystal keek hem na, tot de overhan
gende takken van de bomen hem aan haar gezicht ont
trokken. Zij deed geen poging de tranen terug te hou
den, die nu over haar wangen rolden.
De middagzon ging schuil achter een bank van grijze
wolken en het leek, of de naderende lente opeens uit de
lucht verdwenen was. Crystal rilde en trok haar sjaal
dichter om zich heen. Met haar ogen nog vol tranen,
maar met het kleine hoofd fier opgericht, stond ze op
en liep vlug naar huis terug.
Madame Ia Duchesse was in die tijssentijd Hector ge
volgd door de gang en langs de fraai gebeeldhouwde
marmeren trap.
Hij voelde zich niet erg op zijn gemak, want hij
merkte, hoe madame’s scherpe, onderzoekende ogen
hem van top tot teen opnam en door hem heen sche
nen te kijken. Ze zette haar lorgnon op en hoewel ze
niet erg groot was, wist ze toch Hector recht aan te kij
ken.
„Is monsieur le Comte erg bezet?” vroeg zij.
Nu bloosde Hector’s onbewogen gezicht toch even.
„Monsieur le Comte ontvangt zelden bezoekers om deze
tijd,” zei hij haast onverstaanbaar.
Madame’s lippen krulden zich in een sarcastische
plooi. „En mijn beste Hector, omdat de graaf vandaag
alleen audiëntie verleent aan zijn zijster, dacht jij het
jezelf eens gemakkelijk te maken en je oude, verstelde
kleren te dragen, hf?”
Nog eens vloog die plotseling blos over Hector’s plech
tig, oud gezicht. Hij wist blijkbaar niet, hoe hij mada
me’s woorden op moest vatten als een berisping of als
één van die grapjes, waar madame zoveel van hield. Hij
wist niet, hoe hij moest gaan staan, om het erg in het
oog vallende stuk op de recherknie van zijn broek voor
madame te verbergen.
„Ik hoop dat madame het mij vergeven zal,” stotterde
hij.
Maar het vriendelijke, oude gezicht van madame had
de uitdrukking van spot al verloren.
„Het doet er niet toe, Hector,” zei ze zacht, „jij bent
een brave kerel en het is heus niet nodig mij leugens te
vertellen over de rijke livreien, die ergens opgeborgen
zijn, of over het talrijke personeel dat nu juist met va-
cantie is. Het helpt je niet, of je mij zand in de ogen
tracht te strooien en dat je zulke plechtstatige manie
ren tegenover mij aanneemt. Ik weet, dat de kleden niet
allemaal tijdelijk opgenomen zijn en dat het beste meu
bilair niet bij de meubelmaker te Grenoble is wat
helpt het, of je mij de zaken al anders voorstelt dan
ze zijn, oude Hector? De dagen van Worcester liggen
nog zo dicht achter ons. Ik weet nog al te goed, hoe toen
het diner van de hele familie uit een pond saucijzen be
stond en hoe je vrouw Jeanne haar trouwring moest
verpanden, om voor Monsieur le Comte de Cambray een
maaltijd voor te toveren.”
„Madame, ik smeek u...” kermde Hector. Zijn gerim
peld, perkamentachtig gezicht was pioenrood geworden
en hij had wel door de vloer willen zakken, zó werd hij
heen en weer geslingerd tussen zijn eerbied voor de gro
te dame en zijn schrik over haar woorden.
„Wat wil je mij smeken?” antwoordde de Hertogin
luchtig, „niemand hoort me hier behalve deze kale mu
ren; heus, je zult zien, dat mijn woorden de atmosfeer
hier opfrissen het was hier erg benauwd toen ik
kwam, beste Hector. Maar kom, dien mij nu maar aan
bij mijn broer en ga dan naar Jeanne en zeg haar, dat
ik Worcester en de veranderingen, de saucijsjes nog
niet vergeten ben en dat ik die voor de gelegenheid ge
huurde Grenobelse bedienden in livreien, waar de mot
in zit, niet half zo aardig vind als haar lief, bezweet ge
zicht, als ze ons de omelet regelrecht uit de keuken
kwam opdienen.”
Zij liet haar lorgnon vallen en stapte statig op de deur
af. Hector opende de grote deuren en kondigde met een
stentorstem aan: „Madame la Duchesse, douarière d’
Agen!”
veelvuldig
gaat?”
Ook de bouwcommissie had vragen
in die richting. ”Kan”, zo vroeg de
heer Van Onna namens deze com
missie, ”de gemeente de garantieter
mijn op de apparatuur opnieuw doen
ingaan, nadat alle problemen zijn
overwonnen? Voorts wilde de com
missie een duidelijke uitspraak van
het College, dat de diverse moeilijk
heden niet zullen leiden tot prijsver
hoging voor de afnemers van de
wijk verwarming. Hierover blijkt
nogal wat ongerustheid te bestaan.
De heer Van der Hooft bleek gene
gen de gevraagde zekerheid te kun
nen geven: ’’Voor de Amsterdamse
Verwarmings Mij. en het betrokken
ingenieursbureau is het een erezaak
geworden om deze zaak goed af te le
veren. Het kost de gemeente niets en
evenmin hoeven er zorgen te zijn om
de garantie.”
De heer Van Onna zei nog: ”De ge
meente staat als gemeente sterk.
Maar het individu staat zwak. Kan
elke afzonderlijke afnemer zonodig
rekenen op B. en W.?” Waarop de
burgemeester met een krachtig ’ja’
antwoord gaf.
Op een vraag van de bouwcommis
sie naar de bevindingen van het TNO
ten aanzien van de moeilijkheden
rond de wijkverwarming, deelde de
burgemeester mee, dat het rapport
van TNO zojuist was binnengekomen.
Uit dit rapport is gebleken, dat de
kathodische bescherming van de ap
paratuur niet voldoende heeft ge
werkt. Op het ogenblik worden daar
om overal de elementen van deze be
scherming (onder de vloeren) gratis
vervangen. Veel ellende blijkt te wij
ten zijn geweest aan het slootwater,
waarmee de verwarming de eerste
maal is gevuld. Slootwater wordt
vrijwel overal voor dit doel gebruikt,
ken de sloten echter veel meer bac
teriën te bevatten dan elders. Het zijn
deze bacteriën geweest, die verant
woordelijk moeten worden gesteld
voor het aanvreten van de radiatoren.
Enkele problemen zijn nog niet op
gelost volgens de burgemeester. Zo
moeten er nog lekjes in de leidingen
zitten, die na afloop van het stook -
seizoen zullen worden opgespoord.
Niettemin wees de heer Van der
Hooft op de theoretische mogelijk
heid, dat er helemaal geen lekken
zijn, maar dat sommige mensen wel
licht warm water uit de radiatoren
aftappen. Indien dat het geval mocht
zijn, is een ernstige waarschuwing op
zijn plaats. De heer Van der Hooft
zei, dat aan het water thans vergif
ten zijn toegevoegd ter bestrijding
van de bacteriën. Daardoor is het wa
ter beslist niet geschikt voor de mens.
”In onze fractie bestonden ook vra
gen naar aanleiding van al die pro
blemen,” zei de heer J. H. Mol (VVD).
”Wij zijn blij met uw duidelijke ant
woorden. Maar de nu gevraagde kre-
dietverhoging vervuld ons met zorg.”
De heer Mol vroeg, of het in de toe
komst niet mogelijk zou zijn de be
grotingen wat serieuer op te zetten,
zodat overschrijdingen van de ra
mingen (in dit geval met een derde)
niet meer voor zullen komen. ’’An
ders zouden we in de toekomst wel
licht tegenover andere begrotingen
ook wel eens argwanend kunnen
staan,” meende de heer Mol. ”Ik
geef dit alles toe,” zei de burgemees
ter, ’’maar u vergeet, dat dit hier he
lemaal nieuw is geweest voor ieder
een (Waddinxveen was een van de
eerste gemeenten met centrale wijk
verwarming). Wij hebben dus de
klappen voor anderen opgevangen.
Wij willen wel altijd met alles de
eersten zijn, maar dan moeten we
daar ook de eventuele wrange vruch
ten van plukken.”
De heer H. Huizer (Herv. Kiesver.)
zei aanvankelijk te hebben willen te
genstemmen. Hij was echter vatbaar
gebleken voor de uitleg van de bur
gemeester. Toch vond hij de krediet-
overschrijding ook wel aan de over
dreven kant. Tégen het verlenen van
hét extra krediet van 350.000 was
tenslotte alleen de heer H. Mulder
(SGP), die meende, dat men er dit be
drag ook wel niet zou komen.
staat alleen dank zij de medewerking
van het Nederlandse volk. Zo ook
handhaaft het zijn volstrekte onaf
hankelijkheid.
Daarom hoopt het Rode Kruis, bij
zijn honderdjarig bestaan, dat het
Nederlandse volk dit ook thans weer
waar maakt. Dat het ’’zijn” Rode
Kruis in staat stelt te helpen waar
dat nodig is. En die noodzaak wordt
niet geringer, maar steeds groter en
uitgebreider.
Het Rode Kruis is als het ware ge
boren op het slagveld. Hier en daar
spreekt men nog van een ’’Rode
Kruis-soldaat”. Die tijd is echter
voorbij. In de moderne oorlogvoering
kan men geen ’’amateurs” meer ge
bruiken. Ieder leger heeft zijn eigen
medische dienst.
Maar bij het volvoeren van zijn
vredestaken ziet het Rode Kruis het
arbeidsveld zich steeds uitbreiden.
Honderd jaren geleden was het im
pulsieve koning Willem III, die kort
en goed de stichting van het Neder
landse Rode Kruis dóórzette.
Honderd jaren heeft het Rode
Kruis gedraaid op de goodwill en de
medewerking van het Nederlandse
volk.
En tot dat volk komt nu de opwek
king:
’’Helpt UW Rode Kruis zijn honderd
jarig bestaan vieren door het de kans
te geven, ook in de toekomst zijn taak
de hulp aan de medemens, te vol
brengen
voorstel tot het ter beschikking stel
len van een aanvullend krediet van
28.500 voor het Centraal Antenne-
systeem, en 10.000 om dit systeem
geschikt te maken voor het ontvan
gen van Duitsland I. Aanvankelijk
had de financiële commissie wel be
zwaar tegen toevoeging van de
Duitse zender. Men meende, dat de
duidelijke behoefte daaraan eerst
maar eens moest blijken.
Die behoefte bleek er te zijn, ge
tuige de uitslag van een enquête,
waarvan de heer Van der Hooft de
resultaten bekend kon maken. Van
de bewoners van het betrokken deel
van de Vondelwijk heeft 70% voor de
ontvangst van Duitsland gekozen
(daarbij kennis dragend van de prijs
verhoging). De heer Van Onna wilde
weten, wie bepaalt welke zender
wordt gekozen. ’’Misschien krijgen
we straks nog eens een reclamezen-
der uit Andorra!”, opperde hij. De
burgemeester antwoordde daarop dat
alles wordt gedaan om bij te blijven.
Later zullen wellicht België en En
geland worden toegevoegd, en uiter
aard ook de ontvangst van kleuren
televisie.
Alleen de heer H. Mulder (SGP)
wilde aan geen van de voorstellen
met betrekking tot het C.A.S. zijn
stem geven.
Tegen het plan Stationsstraat,
waarbij de Kerkweg na het gereed
komen van de Prins Willem-Alexan-
dertunnel tussen Juliana van Stol-
berglaan en Prinses Beatrixlaa zal
worden afgesloten, kwamen enkel
bezwaren. Men bleek enige vrees te
hebben, dat de alternatieve routes
het verkeer wellicht niet kunnen zul
len verwerken. De burgemeester
deelde die vrees niet. Het College
was van mening, dat de verkeers
stroom zelf beter via de beide spoor
tunnels zal kunnen worden verwerkt.
Ook de heer Van Gent gaf daarbij
zijn steun. Naar zijn mening zal de
Kerkweg in verband met het streek
plan steeds minder belangrijk wor
den. De heer Huizer daarentegen
meende, dat de consequenties van het
gedeeltelijk afsluiten van de Kerk
weg niet te overzien zijn. Een en an
der zou vooral de toorn van de ’’ou
de” Waddinxveners kunnen oproe
pen, meende hij. Waarop de burge
meester pareerde: ”Er zijn geen be
zwaarschriften binnengekomen tegen
dit plan.”
Niettemin kon de heer Huizer zijn
stem niet aan het voorstel geven, wat
aan de burgemeester de min of meer
hatelijke opmerking ”Dat zijn we we
van u gewend” ontlokte. Ook de heer
Ph. Kroes (VVD) wilde de aanteke-
zijn van het lage van zo’n overeenkomst.”
„Vrouwen uit onze stand, Maurice, zijn al vaker cpge-
offerd voor de eer van hun naam. De mannen vi lden
het gewoon met zo nodig het familiewapen op deze
nier in eer te herstellen.”
„En jij bent bereid, Crystal, je zo te laten verkoelen?”
hield hij aan.
„Mijn vader wenst, dat ik Victor De Marmont trouw,”
antwoordde ze nu rustig „en na alles, wat hij geleden
heeft voor de eer van ons land en van onze naam, zou
ik mezelf laf vinden, als ik weigerde hem hierin te ge
hoorzamen.”
Maurice de St. Genis stond op. Hij kende Crystal vol
doende om te weten hoe standvastig zij kon zijn.j Hij
keek op haar in elkaar gedoken figuurtje neer, ipaar
ze wilde niet naar hem kijken.
„Dus dat is je laatste woord, Crystal?”
„Je weet, dat het dat moet zijn, Maurice. Mijn huwe-
lijkskontrakt zal vanavond getekend worden en dins
dag ga ik naar het altaar met Victor De Marmont.”
„En je liefde voor mij wil je uit je hart bannen?”
„Ja!”
„Als je liefde eerlijker en echter was, Crystal, zou je
het niet kunnen doen. Maar je houdt meer van je vader
dan van mij.”
Ze gaf geen antwoord... haar hart zei haar, dat hij wel
gelijk kon hebben. Inderdaad, zij was als de rank van
een rank van een klimop met haar vader verbonden
zó vast, dat zelfs haar meisjes-liefde voor Maurice de
St. Genis niet in staat was, haar van de rots, waar ze
zich aan vast klampte, los te rukken.
„Dit is de laatste keer, dat we elkaar zien, Crystal,”
zei Maurice met een zucht.
„Ga je weg?” vroeg ze.
„Hoe zou ik hier kunnen blijven? Over een paar uur
zal Victor De Marmont zijn rechten op je laten gelden.
Morgen vertrek ik al vroeg”.
„Waar ga je heen?”
„Naar Parijs of naar het buitenland of naar de
duivel, dat weet ik nog niet,” antwoordde hij somer.
„Het zal vader spijten, dat je weggaat!” fluisterde ze
haast onhoorbaar, want de tranen zaten haar hoog.
„Je vader is meer dan vriendelijk voor me geweest.
Hij gaf me een tehuis toen ik dakloos was, maar het past
niet, dat ik nu nog langer van zijn gastvrijheid gebruik
zou maken.”
„Heb je plannen?”
„Nog niet. Maar de Koning zal me wel een plaats in
het leger geven. Er zal wel wat te vechten vallen... gis
teren liep er een gerucht in Grenoble, dat Bonaparte te
Antibes geland was en naar Parijs marcheerde.”
„Natuurlijk een vals gerucht, zoals gewoonlijk,” zei ze
onverschillig.
„Misschien,” antwoordde hij.
„Ga nu weg, Maurice, wil je? Wij maken het elkaar
maar moeilijker door zo te aarzelen.”
„Ja, ik ga, Crystal. Ik wou dat ik Victor de Marmont
op zijn gezicht kon slaan”.
„Maurice!” riep ze verontwaardigd.
„Nee! Ik zal het niet doen. Ik heb nog genoeg verstand
over om die parvenu te tonen hoe wij, van het oude re
gime, iedere slag weten te dragen. Alles hebben zij ons
ontnomen, die nieuwelingen: onze landerijen, onze mid
delen van bestaan en nu beginnen zij ons onze meis
jes afhandig te maken vervloektmaar ik zal mijn
waardigheid tenminste behouden!”
Maar zij bleef weer zwijgen. Wat kon ze nog zeggen,
dat al niet gezegd was? Toen vroeg hij heel zacht:
„Mag ik je nog eens, voor het laatst, een kus geven,
Crystal?”
gen (en tot inzicht) te brengen. Hij
gaat simpelweg vertellen welke ta
ken er worden vervuld en nog moeten
worden vervuld. En de bezoeker
krijgt de neiging om te zeggen: Stop
er maar mee! want hij begrijpt wat
er komen gaat. Er is nóóit geld ge
noeg!
Het Roode Kruis heeft een miljoen
leden, die per jaar zo’n 2 a 2| mil
joen gulden offeren, onafhankelijk
van de jaarlijkse ’’campagne”. De
meeste contributiebedragen zijn ech
ter met de jaren gelijk gebleven, ter
wijl daarentegen de kosten schrik
wekkend zijn gestegen. De bijdragen
worden niet minder, maar ze worden
minder waard!
Wat er allemaal met dat geld
wordt gedaan?
Om te beginnen heeft het Neder
landse Roode Kruis méér taken dan
zelfs de organisatie in de Verenigde
Staten. Het bezit het beste laborato
rium ter wereld. Als een der oudste
Roode Kruis-verenigingen moet het
vaak in onderontwikkelde landen
met steun en hulp bij springen.
Het kost niet slechts geld, het be
spaart ook geld. Om een voorbeeld te
noemen: dank zij de Rode Kruis-
trombosedienst behoeven vele Neder
landers niet naar het ziekenhuis!
Driehonderdduizend donors vor
men de ruggegraat van de bloed-