Moordrecht, Waddinxveen-Zuid
Historisch overzicht bouwlokatie Gouda-West
..Rabobank
Uladdmxueenfz
De Rabobank Waddinxveen
moet tot haar spijt meedelen
dat de talentenjacht van 14
juni a.s. om organisatorische
redenen geen doorgang
kan vinden.
1
WEEKBLAD VOOR WADDINXVEEN WOENSDAG 11 JUNI 1980
WADDINXVEEN
HISTORISCH OVERZICHT
HUIDIGE STAND VAN ZAKEN
GOUDA
MIDDEN-HOLLAND
WADDINXVEEN
MIDDEN-HOLLAND
GOUDA
MOORDRECHT
!0
In de onderhavige kwestie nemen de
betrokkenen de volgende standpun
ten in:
vervallen is) als eerste fase tot ont
wikkeling worden gebracht.
1) ontleend aan de nota: Ontwerp-
streekplan Zuid-Holland Oost, over
zicht van de belangrijkste wijzigin
gen, verslag van overleg en inspraak.
2) ontwikkelingsnota t.b.v. het struc
tuurplan Gouda, gemeente Gouda,
februari 1977.
3) R.P.C. betekend Rijks Penitentiair
Centrum.
streekplankaart
en
samenhang te ontwikke
len mogelijke vestigingen
Zuidplaspolder. Gover-
iu R.P.C. 3)-claim daar
gaan Midden - Holland, is een histo-
Moor-
Voor Moordrecht is de noodzaak
voor woningbouw in de Zuidplaspol
der nog niet voldoende aangetoond.
Medewerking van de gemeente in de
ze aangelegenheid is niet te verwach
ten.
Waddinxveen stelt zich afwachtend
op, maar blijft bereid en in staat om
de woningbouwproblematiek van
Gouda op eigen grondgebied op te
lossen.
Voor de gemeente is een bouwloka-
tie in west nodig om uit de woning
bouwproblematiek te komen. Het
aantal ingeschreven woningzoeken
den is hoog en stijgt nog steeds. Ook
al zou in Gouda-Oost op korte ter
mijn kunnen worden gestart met
woningbouw dan blijft Gouda-West
een zaak die tot een oplossing moet
komen, opdat binnen enkele jaren
met de woningbouw kan worden be
gonnen.
MOORDRECHT
WADDINXVEEN Op verzoek van
de heer F.G.J.M. Beckers (Moor
drecht), lid van de raad van overleg
van het intergemeentelijk overlegor-
C tt u-_.
risch overzicht opgesteld m.b.t. de
bouwlokatie Gouda-West,
drecht, Waddinxveen-Zuid.
bij de financiële vergelijking tussen
de bouwlokatie op Moordrechts
l en Waddinxveen -Zuid.
1978 wordt het bezwaar-
van Moordrecht ongegrond
75
In de reactie van Midden-Holland op
het ontwerp-streekplan wordt de
bouwlokatie Gouda-Oost niet ge
noemd. Wel bevat de reactie het be
zwaar dat Waddinxveen te beperkte
mogelijkheden heeft voor woning
bouw en bedrijfsvestiging. Tegen de
aanwijzing van Moordrecht als quar
taire i.p.v. tertiaire woonkern is be
zwaar gemaakt.
In mei 1978 stemt de Provinciale
Planologische Commissie in grote
lijnen in met het ontwerp-streek
plan Zuid-Holland oost. Provinciale
Staten aanvaardt het streekplan.
Door het provinciaal bestuur is op
aandringen van Moordrecht, en in
verband met het onderbouwen van
de wens van Gouda m.b.t. lokatie-
subsidie voor de woningbouw, een
vergelijkende studie bouwlokaties
begonnen. In oktober 1979 werd
deze studie afgerond. In Moordrecht
werd de ’’studie bouwlokaties -West
en Waddinxveen-Zuid” ongunstig
ontvangen en als niet objectief
gekwalificeerd. Een deputatie van het
college van Gedeputeerde staten ver
zocht bij een bezoek aan Moordrecht
om medewerking te verlenen aan de
bouwlokatie
Hoofdkantoor: Kerkweg 161
Bijkantoren: Kon. Wilhelminaplein 2 - Groensvoorde 14
Telefoon alle kantoren 01828-4566
Het overlegorgaan stelt zich thans in
deze aangelegenheden zeer terughou
dend op en is ook niet voornemens
zich verder ongevraagd hiermee
bezig te houden.
De westelijke stadsuitleg dient als
essentieel element in het streekplan
te worden aangegeven. In de reactie
merkt Gouda op dat met dit ontwerp
-streekplan een erkenning inhoudt
van de naar voren gebrachte bezwa
ren m.b.t. bebouwing van de Oost-
polder in Schieland in verband met
de bijzonder slechte bodemgesteld
heid. De voorzichtige vingerwijzing
naar een grensoverschrijdende uit
breiding dient ter wille van de rechts
zekerheid van beide betrokken ge
meenten als essentieel element in het
streekplan te worden vastgeleg. Te
vens ontstaat hiermee een basis voor
bestuurlijk overleg.
”De raad van Waddinxveen maakt
ernstige bezwaar tegen (o.a.) het uit
stellen van de essentiële beslissing tot
1982 t.a.v. de bouwlokatie voor de
taakvervulling van de primaire woon
kern Gouda, aangezien op die nog
aan te wijzen bouwlokatie reeds in
1985 moet worden gebouwd”.
In de reactie wordt verder opgemerkt
dat Gouda en Waddinxveen één
woon-werkgebied vormen en dat op
korte termijn een studie noodzakelijk
wordt geacht teneinde te komen tot
een optimale bouwplaats voor de
primaire woningbouw.
Dit voor het zover het de inspraak op
het voorontwerp-streekplan Zuid-
Holland oost betreft. De provincie grondgebied
In mei 12'
schrift
de werkgelegenheid nader verklaard.
te verrichten. Een
die ook door het
en de Kamer van
van Gouda en
Gouda-West/Moordrecht-Oost. De
bouwproblematiek van Gouda
vereiste een financiële combinatie
Gouda-Oost en West. Deze financiële
koppeling lijkt inmiddels niet (meer)
nodig.
De gemeente Moordrecht blijft van
mening dat de noodzaak voor wo
ningbouw in de Zuidplaspolder on
voldoende is aangetoond. Bestuur
lijke medewerking voor een bouwlo
katie op Moordrechts grondgebied
zal niet worden verleend.
voelde ook de behoefte om ten be
hoeve van het streekplan-gedeelte
m.b.t. d- -
onderzoek te verrichten,
behoefte die ook door
overlegorgaan en de Kamer
Koophandel van Gouda
omstreken gedeeld werd. Het een
en ander heeft geresulteerd in een ge-
zamelijke opdracht, van Provincie,
Kamer van Koophandel en het over
legorgaan voor twee onderzoeken, nl.
het distributie-planologisch onder
zoek (detailhandel) en het regionaal-
economisch onderzoek (bedrijfster
reinen, bedrijfsvestigingen, forensis
me c.a.). Beide onderzoeken zijn
thans bijna afgerond.
Kort voor deze inspraak-procedure
brachten de gemeenten Gouda en
Waddinxveen enkele zaken betref
fende ruimtelijke ordening in de pu
bliciteit. Gouda lanceerde een amb
telijke ontwikkelingsnota voor het
structuurplan Gouda (februari 1977)
waarin een voorkeur voor een weste
lijke ontwikkeling werd ontvouwen.
Van de benodigde ruimte voor
nieuwe ontwikkelingen kon 50 pro
cent worden gevonden binnen de ge
meentegrenzen. De rest diende, vol
gens de nota, bijvoorkeur te worden
gerealiseerd in de Zuidplaspolder (op
Moordrechts grondgebied) in verband
met de goede bereikbaarheid. De
Goudse gemeenteraad stemde in met
de westelijke ontwikkeling, mede
i.v.m. problemen bij de ontsluiting in
Oost, hoewel daar ruimte is voor
2000 woningen.
De gemeente Waddinxveen pleitte
voor een regionaal industrieterrein
voor de werkgelegenheid van de be
volking in de regio. Zeker als het
streekplangebied enige betekenis wil
hebben voor het opvangen van de
overloop is dit dringend nodig. Ver
der stemde Waddinxveen in met de
mening dat op Moordrechts grondge
bied niet zou moeten worden ge
bouwd. De ontwikkelingskosten van
een uitbreiding in het Waddinxveen-
se gedeelte van de Zuidplaspolder
zouden lager zijn.
Burgemeester en wethouders van
Gouda reageren op de Waddinxveen-
se opmerkingen dat de grondslag op
Waddinxveens gebied slecht is. Voor
keur blijft er voor uitbouw op Moor
drechts grondgebied, waarbij een
grenswijziging geen hinderpaal be
hoeft te zijn, i.v.m. een geschatte
voorbereidingstijd van 3-5 jaar.
De gemeenteraad van Moordrecht uit
zijn ongenoegen over de Goudse
plannen en is van mening dat Gouda
onzorgvuldig heeft gehandeld. Overi
gens is men teleurgesteld over het uit
blijven van overleg met Gouda.
Moordrecht zal zich met kracht blij
ven verzetten tegen een uitbreiding
van Gouda op Moordrechts grondge
bied.
Het voorontwerp -streekplan Zuid-
Holland oost is naar aanleiding van
de opmerkingen van de gemeenten
nader uitgewerkt tot een ontwerp-
streekplan.
ïn de reacties op het ontwerp-streek
plan maken de betrokken gemeenten
en het overlegorgaan de volgende op
merkingen m.b.t. een bouwlokatie
Gouda-West, Moordrecht, Waddinx
veen-Zuid.
”Met toenemende verontrusting heb
ben wij kennis genomen van de plot
seling op de streekplankaart op het
grondgebied van Moordrecht aange
geven voorkeurslokatie ten gunste
van de woningbouw -van Gouda”.
In de reactie wordt verder ingegaan
op het recentelijke voor het betrok
ken gebied goedgekeurde bestem
mingsplan ’landelijk gebied Oost”,
dat in een agrarische bestemming
voorziet. Verder wordt gewaar
schuwd voor de dreiging van een zich
ontwikkelende bandstad en de land
schappelijke waarde. Gewezen wordt
op gunstige lokatie van Waddinxveen-
Zuid en vraagtekens worden geplaatst
Reactie G.S.: ’’Alleen het financiële
aspekt leidt wellicht tot keuze van de
Zuidplaspolder. Planologische voor
keur echter voor Oostpolder, omdat
het gaat om ontwikkelingen op lange
termijn is vooralsnog af gezien van
keuze. Bij eerste herziening streek
plan moet dat wel worden gedaan.
Goverwelle nu inderdaad als eerste
fase na Bloemendaal en Achterwillen-
seweg”.
Moordrecht: ’’Verontrust over plan
nen Gouda tot uitbreiding in Zuid
plaspolder. Voldoening dat vooront
werp hieraan voorbij is gegaan. Geen
bandstedelijke ontwikkeling. Buffer
handhaven tussen Gouda en Rotter
dam c.a. Beter alternatief is bouwlo
katie op gebied Waddinxveen (nw.
van Zuidelijke Dwarsweg)”.
Reactie G.S.: ”Na uitgebreide afwe
ging van vele belangen blijkt uitbrei
ding van Gouda naar het westen
planologisch het meest gewenst. Dat
betekent niet meteen een bandstede
lijke ontwikkeling Rotterdam-Gouda.
Bij de inrichting van deze lokatie zal
worden gestreefd naar een zo direct
mogelijke aansluiting op de bebouw
de kom van Gouda en naar beperkt
ruimtegebruik door hoge dichthe
den”.
Waddinxveen: Heeft met zorg kennis
genomen van de geschetste problema
tiek t.a.v. de woningbouw in regio II
en dringt aan op tijdige maatregelen
om de regionale woningbouw vol
doende voortgang te doen vinden.
Gelet op de financiële problemen van
bouwen in Gouda, is Waddinxveen
bereid deze regionale opvangfunctie
te vervullen; ook zal wellicht voor de
behoefte van Boskoop gebouwd moe
ten worden in Waddinxveen. Daar
komt nog bij dat bouwen in de Zuid
plaspolder bij Moordrecht (zoals
door Gouda voorgesteld) een verwer
pelijke bandstedelijke ontwikkeling
van Rotterdam naar Gouda bete
kent”.
Verder merkt Waddinxveen op:
a. ”Het toegestaande contingent (wo
ningen) dient te worden verhoogd”.
b. ’’Behoefte aan bedrijfsterrein in
Waddinxveen: 30 ha.”.
Reactie G.S.: G.S. stelt vertrouwen
in de bereidheid van Gouda om de
haar toegekende taak waar te maken.
De naar voren gebrachte bereidheid
van Waddinxveen om deze taak over
te nemen lijkt overigens niet alleen
ingegeven door bezorgdheid over het
slagen van het provinciale planolo
gische beleid.
Met betrekking tot de andere punten
merkt G.S. op:
a. ”De woningbouw tot 1980 is gere
geld in afspraken tussen G.S. en de
gemeente in het kader van een wo-
ningbouwnota en als zodanig over
eengekomen in het streekplan
b. ”De opmerking is ingegeven door
ontevredenheid met uitkomst be-
drijfsanalyse. Het ontwerp komt hier
aan gedeeltelijk tegemoet.
Intergemeentelijk overlegorgaan Mid
den-Holland: ’’Akkoord met aanwij
zing Gouda tot centrale kern met een
primaire funktie in kader opvang
regionale groei en overloop, de werk
gelegenheid en de verzorging”.
Waddinxveen: ’’secundaire werkgele-
genheidsfunktie en tertiaire verzor-
gingsfunktie”.
”In geval Gouda niet in staat zou zijn
toegedachte woningbouwfunktie te
vervullen, dan noodzakelijk aanvaard
baar alternatief vast te stellen”.
”Het is primair de taak van het over
legorgaan om in samenspel met de
provincie, Gouda en nabuurgemeen
ten een vergelijkende studie over mo
gelijke bouwlokaties te laten aanvat
ten (nog dit jaar). Bereidheid betrok
ken gemeenten tot medewerking
daarvan is van wezenlijke beteke
nis”. J
Reactie G.S.: (op tweede alinea).
Dat alternatief zal worden gegeven
wanneer bij evaluatie over enkele ja
ren dat inderdaad nodig blijkt”.
”Het is de vraag of dat zo nodig is nu
Provincie en de gemeente Gouda het
eens zijn geworden over het principe
dat na Gouda-Oost aan de zuidwest-
zijde tussen spoorlijn en Hollandse
IJssel verdere uitbreiding zal plaats
vinden. Alleen een meer preciese be
grenzing en indeling van deze uit
breiding moet nog plaatsvinden. Wel
licht dat een intergemeentelijke stu
die wel zinvol is om met de uitbrei-
dingsproblemen van Gouda ook die
van bijvoorbeeld Waddinxveen en
Moordrecht op te lossen”.
In 1974 heeft de gemeente Gouda
voorgesteld om een intergemeentelijk
structuurplan op te zetten. Met de
gemeenten Gouderak, Haastrecht,
Stolwijk, Moordrecht en Waddinx
veen is hierover overleg geweest.
Aan Gedeputeerde Staten van Zuid-
Holland is gevraagd om nadere ge
dachten te ontwikkelen over een in
tergemeentelijk structuurplan. Ge
constateerd moet worden dat G.S.
niet op dit verzoek is ingegaan, en
dat het intergemeentelijk overleg
geen resultaat heeft gehad. Bij dit
alles heeft het overlegorgaan op ver
zoek een coördinerende rol vervuld.
In deze periode hadden de werk
zaamheden voor het streekplan, dus
danig concreet vorm gekregen, dat
definitief is besloten, de voorberei
dingen voor een algemeen maatschap
pelijk ontwikkelingsplan stop te zet
ten. Zoals reeds eerder bleef het over
legorgaan bereid de coördinatie van
een intergemeentelijke
structuurstudie op zich te nemen.
Ook nu leidde dit niet tot concrete
afspraken over de voorbereiding van
een studie. Door Waddinxveen werd
in 1976 in een structuurplan het idee
neergelegd voor een mogelijke
uitbouw in zuidelijke richting, mede
om de Goudse woningnood te
lenigen.
De discussies omtrent Gouda-Oost en
Gouda-West vonden plaats tijdens de
voorbereidingen voor het streekplan
Zuid-Holland oost. De hoorzittingen
over de voorbereidende nota’s
"Alternatieven en Varianten” en het
’Voorontwerp streekplan Zuid-Hol
land oost” waren aanleiding ideeën te
ontwikkelen en uit te dragen. De ver
houdingen spitsten zich toe, zowel
tussen de gemeenten, als naar Gede
puteerde Staten van Zuid-Holland.
Enkele citaten uit het bestuurlijk
overleg inzake het voorontwerp-
streekplan Zuid-Holland oost 1illus-
j treren dit:
Gouda: ”De oostpolder in Schieland
is door bodemgesteldheid weinig ge
schikt voor woningbouw (tenzij er
extra financiële steun komt); beter
voor openluchtrecreatie en bijzon
dere doeleinden. Het is noodzakelijk
I de stadsuitleg in de Zuidplaspolder
I conform de ontwikkelingsnota 2) op
I de streekplankaart aan te geven
I (Oostpolder en Zuidplaspolder in
I onderlinge
I hn). Aange’
I R.P.C. 3) in
I Welle moet (n
In 1969 is op verzoek van burge
meester en wethouders van Gouda
door een (ambtelijke) planologische
werkgroep een studie verricht naar de
wenselijke toekomstige ontwikkeling
van Gouda. Deze studie resulteerde
in hetzelfde jaar in een rapport,
’’Gouda 2000”, waarin de mogelijk
heden voor uitbreiding van de ge
meente worden genoemd.
In het rapport wordt de noodzaak
onderkend om na het voltooien van
de nieuwbouwwijk ’’Bloemendaal”
(5000 woningen, voltooid 1979) de
continuiteit van de woningbouw te
verzekeren. Hiervoor dienen dan
tijdig nieuwe uitbreidingsplannen be
schikbaar te zijn, welke een ruime
voorbereidingstijd vereisen. In het
rapport werd aanbevolen een verdere
uitbouw in eerste instantie in Gouda
Oost (5000 woningen) te realiseren.
Daarna zou een uitbouw of in zuide
lijke richting (Krimpenerwaard 10.
000 woningen) of in westelijke
richting (Moordrecht 4000 wonin
gen) wenselijk zijn.
Uitbouw in zuidelijke richting werd
spoedig algemeen onaanvaardbaar ge
acht vanwege de natuurwetenschap
pelijke en landschappelijke waarde
van de Krimpenerwaard. De discus
sie heeft zich sedertdien geconcen
treerd op oost of west, danwel beide.
Door de buurgemeenten is er vanaf
het uitbrengen van het rapport gepro
testeerd tegen het overschrijden van
de gemeentegrenzen met de plannen.
De plannen voor uitbreiding in ooste
lijke richting zijn dan ook beperkt ge
houden tot binnen de Goudse ge
meentegrenzen.
Het overlegorgaan Midden-Holland,
c.q. de raad van overleg heeft in 1972
besloten, dat er een maatschappelijk
ontwikkelingsplan voor de regio Mid
den-Holland werd voorbereid. Dit
plan zou ook een ruimtelijk orde
ningsplan omvatten, dat ook in de
voorbereiding van het streekplan
Zuid-Holland oost een rol zou spelen.